Woorden 27.A

Druk steeds op 'volgende'. Als je de betekenis van een woord kent, kun je dat woord uit de lijst verwijderen door op 'deze ken ik' te klikken. De lijst wordt als het goed is dus steeds kleiner!

cum + coni. (3 bet.)1. toen
2. omdat
3. hoewel
usus sumpf. van uti = gebruiken
uti + nv.?gebruiken (+ abl.)
trans + nv.?over, aan de overkant van (+ acc.)
traducerevoeren over, overzetten
hortariaansporen
sequivolgen
profectus sumpf. van proficisci = vertrekken
proximusdichtstbij (gelegen)
ornareversieren
regressus sumpf. van regredi = terugkeren
captivuskrijgsgevangene
vinctusppp van vincire = boeien
questus sumpf. van queri = klagen, zich beklagen
acies 5(leger in) slagorde
instruxipf. van instruere = opstellen
aciem instruereleger in slagorde opstellen
mirari1. zich verbazen
2. bewonderen
imperareopdragen
reversusppp van reverti = terugkeren
locutus sumpf. van loqui = spreken
functus sumpf. van fungi = verrichten
fungi + nv.?verrichten (+ abl.)
frui + nv.?genieten van (+ abl.)