LES 4

Vervoeging van het werkwoord (Grammatica 1-3)
werkwoord Oefen met het vertalen van vormen van vocare, terrere, audire en ducere. Je kunt deze oefening meerdere malen doen.
vocare
terrere
audire
ducere
In deze oefeningen moet je zelf vormen en uitgangen van de standaardrijtjes invullen.

Woorden Tekst 4.A
woorden 4.A Flitskaartoefening om je te helpen bij het leren van de woorden.

Esse, posse (Grammatica 4)
esse
posse
In deze oefeningen moet je zelf de Latijnse rijtjes van esse en posse invullen.
esse/posse1 Oefen met het vertalen van vormen van esse en posse. Je kunt deze oefening meer keren doen.
esse/posse2 Match vormen van esse en posse met de juiste vertaling. Je kunt deze oefening meerdere malen doen.

Maak je de oefening op je tablet of mobiel? Klik dan hier.

Extra: Directe rede (Grammatica 6)
(in)directe rede Kun jij in het Nederlands directe en indirecte rede onderscheiden?

Woorden Tekst 4.B
woorden 4.B Flitskaartoefening om je te helpen bij het leren van de woorden. Je begint met de volledige lijst; telkens als je een woord echt kent, verwijder je die uit de lijst, zodat je alleen woorden overhoudt die je nog echt goed moet leren.